Baikaltaling.

 

 

 

 

Verspreiding: Noord-Oost Rusland en Oost-Azië.

Mutanten:  de zilver Baikal.

Lengte: 39-43 cm.

Gewicht woerd: 435 gr.

Gewicht vrouwtje: 430 gr.

Geslachtsrijp: éénjarige leeftijd.

Legsel: 6-10 eieren

Broedduur: 21-25 dagen.

Legperiode: mei-juni.

Ringen: 8 mm.

 

 

Leuk om weten:

 

Baikaltaling zijn levendige en verdraagzame en rustige zwem- of grondeleenden. Het enige wat ze echt nodig hebben is proper zwemwater en een droge oever rond de vijver. De winter is niet echt een probleem voor deze eenden,  als ze tijdens de vorstperiodes maar over een open zwemwater beschikken dat ook voorzien is van ondiepe gedeelten. Buiten het broedseizoen zijn ze nogal zwijgzaam maar voor en tijdens de legperiode worden ze luidruchtig.

 

Het zijn grondbroeders. Ze nestelen liefst een eindje van de vijver, in een nestkastje, onder een schuine plaat of achter of onder een struik. Ze sluiten een monogaam seizoenshuwelijk. Dagelijks wordt er gelegd. De kuikens zijn donkerbruin, geel met een wit stipje aan de snavel. Het zijn vlugge groeiers die gemakkelijk op te kweken zijn. Zowel kunstmatig, door een pleegmoeder, als natuurlijk lukt de kweek. De kuikens zijn nogal grote knoeiers met hun eten. Zorg ervoor dat ze steeds een ondiepe schaaltje hebben met water, anders is hun donspakje meteen stijf van de opgedroogde etenresten. Ze zijn na 5- 6 weken bevederd en kunnen na 6 weken vliegen.

 

Terug naar Onze soorten.